Oftewel, hoe logisch is het brein van een beelddenker!
Al jaren werk ik met m.n. kinderen met leer- en leefuitdagingen die onder andere benoemd worden als dyslexie, dyscalculie, ADHD.
Al evenzoveel jaren geniet ik me suf van de kwaliteiten en de logica van die kinderen en stellen ze me steeds weer voor nieuwe uitdagingen, waardoor ook m’n inzichten daarin weer toenemen.
Recent heb ik geruime tijd mogen werken met een meisje dat al heel veel jaren m.b.v. erkende instanties heel hard haar best deed om die uitdagingen het hoofd te bieden.
Omdat daarbij het echte inzicht in wat beelddenken inhoudt, ontbrak, kon ze zelfs na 5 jaar nog niet klokkijken, nog niet rekenen en haar zelfvertrouwen en eigenwaarde waren daardoor eerder nog verder afgebroken dan zonder al die ‘hulp.’
Samen hebben we heel wat hobbels genomen.
Doordat zij ontdekte dat ze, wat ze niet dacht te kunnen leren, wél kon, omdat ze het aangeboden kreeg op de manier die paste bij haar ‘beelddenkbrein’ veranderde haar zelfbeeld. Door die manier van aanbieden kan ze nu wél klokkijken, gaat het lezen stukken beter, maar ook het voetballen en zelfs jongleren zit in de lift.
Toen het rekenen aan bod kwam, moesten er eerst nogal wat overtuigingen aangepakt worden. Ze was er van overtuigd dat het ook mij niet zou lukken om haar te leren rekenen. Simpelweg omdat zij het NIET KON! Gelukkig hebben we daar EFT voor, waar ze een grote fan van werd, door het effect dat ze ervoer.
Maar het rekenen stelde ook mij weer voor nieuwe uitdagingen. Met ieder kind is het anders, dus iedere keer is het aan mij om helder te krijgen welke weg ik moet bewandelen. De les die ik hier kreeg was ook voor mij een enorm waardevolle.
Wat mij in dit traject duidelijk werd was, dat ik hier te maken had met een meisje met een uitzonderlijke logica, dus als ik haar iets niet kon uitleggen, dan klopte er iets niet. Waar ik ook aan twijfelde, haar logica daar was ik zeker van.
Toen de betekenis van de cijfers helder was, ze beeld had bij de veranderende waarde van die cijfers afhankelijk van hun plaats in een getal, kwam de weg vrij voor het rekenen. Optellen, aftrekken, vermenigvuldigen. Alles lukte. Dit was een dag dat ze pijn had in haar wangen van het lachen.
Vervolgens kwam het delen aan bod. En daar liep het weer even spaak.
28:4=7
Stel je eens voor: je hebt 28 appels en 4 kinderen. Die appels verdeel je over die kinderen. Hoeveel appels krijgt dan ieder kind? Zo wordt het op school uitgelegd. Voor de meesten van ons is het antwoord 7. Dat hebben we zo geleerd. Dat is ook wel zo, maar dan zijn er altijd nog 4 kinderen met 7 appels. En dat is wat die beelddenker ziet, waardoor die dus niks snapt van die 7 als uiteindelijk antwoord.
Conclusie: 28:4 is geen 7, maar 4 keer 7. Kan zijn dat er ooit een afspraak is gemaakt dat we die tussenstap weglaten -net zoals we het hebben over ’s morgens in plaats van des morgens- , maar zonder die uitleg, kan een beelddenker er geen chocola van bakken.
Die tussenstap, die uitleg, was essentieel voor haar, om nu een logisch beeld te hebben bij wat ‘delen’ inhoudt.
Mij maakte het weer eens duidelijk dat wat voor de één gesneden koek is, voor de ander abracadabra kan zijn. Of het nou om rekenen gaat of om noem-maar-op-wat.
Wat voor jou of mij logisch is, kan voor een ander volslagen onlogisch zijn. En de logica van een beelddenker? Daar is voor mij geen speld tussen te krijgen.
Ik ben heel benieuwd hoe jullie kijk daarop is! 😉
NB: niet iedere beelddenker is dyslectisch (e.d.) maar wél iedere dyslect is een beelddenker!